Flashcards maken
Als je naar je agenda voor volgende week kijkt, zakt de moed je in de schoenen. Hoe ga je al die proefwerken en overhoringen op tijd af krijgen? Er moeten zoveel woordenlijsten en hoofdstukken worden geleerd dat je nu al geen zin meer hebt - en je bent nog niet eens begonnen! Is er geen manier om het leren leuker en sneller te maken? Maak je geen zorgen: die is er wel degelijk! Door jezelf te overhoren met flashcards onthoud je de stof een stuk sneller. Ook is deze studiemethode een stuk leuker dan het doorlezen van je boek.
Hoe werkt leren met flashcards?
Een flashcard is een klein, stevig kartonnen kaartje met lijntjes aan beide kanten. Aan de ene kant schrijf je een vraag, bijvoorbeeld 'wat is standplaatsgebondenheid?' Aan de andere kant schrijf je het antwoord op deze vraag. Je kunt flashcards ook gebruiken voor het leren van woordjes. In dat geval schrijf je het woord aan de ene kant, en de definitie of vertaling aan de andere kant. Maak zoveel mogelijk flashcards over de stof die je moet leren en gebruik deze flashcards vervolgens om jezelf te overhoren. Pak een kaartje en probeer de door jou bedachte vraag zo goed mogelijk te beantwoorden. Heb je de vraag goed? Gefeliciteerd, je bent al een stapje dichterbij een voldoende! Leg het kaartje apart en herhaal het kaartje over een tijdje om je kennis op peil te houden. Heb je de vraag fout? Leg het kaartje dan onderin de stapel en probeer het later opnieuw.
Een efficiënte en leuke manier van leren
Deze studiemethode heeft twee grote voordelen.
Als je jezelf overhoort met flashcards, onthoud je de stof een stuk sneller dan wanneer je enkel het boek doorleest. Dit komt doordat lezen een passieve studiemethode is: alle informatie wordt je kant-en-klaar voorgeschoteld. Jezelf overhoren is daarentegen een actieve studiemethode: je brein wordt actief aan het werk gezet om vragen en antwoorden te formuleren. Hierdoor onthoud je de stof beter en sneller. Bovendien wordt je gedwongen om de stof uit te schrijven. Ook dit zorgt ervoor dat je de informatie beter en sneller onthoudt. Als je jezelf overhoort met flashcards, zie je meteen je vooruitgang: je ziet de stapel met kaarten die je goed hebt groeien en de stapel met flashcards die je fout hebt slinken. Dat is goed voor je zelfvertrouwen en maakt het leren een stuk leuker! Wil je het studeren nog leuker maken? Nodig dan een klasgenootje uit en overhoor elkaar om beurten.
Hoe maak je de beste flashcards?
Voordat je jezelf (of een ander) kunt overhoren, zul je je eerst de stof op je flashcards moeten schrijven. Dit kun je op verschillende manieren doen. Wij geven je onze tips voor het maken van de beste flashcards. Heb je zelf nog een gouden tip? Laat het ons weten!
Gebruik één flashcard per vraag of definitie. Hierdoor verdeel je de stof in kleine stukjes, wat het minder overweldigend maakt om grote hoeveelheden informatie te leren. Hierdoor wordt het makkelijker om jezelf te motiveren.
Schrijf de stof zo kort mogelijk op. Dit dwingt je om de hoofdzaken van de bijzaken te onderscheiden. Dat scheelt niet alleen tijd tijdens het overhoren, maar zorgt er ook voor dat je meer inzicht krijgt in hoe de stof in elkaar zit en welke zaken prioriteit moeten krijgen. Weet je zeker dat een bepaald onderwerp op het proefwerk terugkomt? Zet op deze flashcards dan een uitroepteken of een ander opvallend symbool en zorg ervoor dat je deze flashcards zoveel mogelijk herhaalt. Als je aan het woord 'boom' denkt, zie je dan de letters b-o-o-m voor je, of zie je dan het beeld van een boom in je hoofd verschijnen? De meeste mensen (ongeveer 60%) denken en leren in beelden. Hoor jij hier ook bij? Maak hier dan gebruik van. Door je flashcards aan te vullen met tekeningen, schema's en grafieken, zul je de stof makkelijker onthouden.
Moet je zoveel stof leren dat je flashcards helemaal vol staan? Dat kan erg overweldigend zijn. Je kunt in dat geval een kleurencode gebruiken om je flashcards overzichtelijker te maken. Zo kun je er bijvoorbeeld voor kiezen om definities te onderstrepen met oranje, voorbeelden met rood en jaartallen met roze. Kies indien mogelijk voor kleuren die enigszins bij elkaar passen: vloekende kleuren kunnen je onrustig maken en je afleiden. Moet je veel verschillende onderwerpen bestuderen? Je kunt ook een kleurencode gebruiken om al je flashcards te sorteren. Zo kun je er bijvoorbeeld voor kiezen om alle stof over de Tweede Wereldoorlog op blauwe flashcards te zetten, en alle informatie over de Koude Oorlog op groene. Heb je niet genoeg flashcards van één kleur? Bewaar flashcards over verschillende onderwerpen dan in verschillende boxjes en bind gerelateerde flashcards samen met een klikring.
Facebook comment